Het gerinkel van de glazen scherven waarin ze uiteenviel, klonk als klingelende kralen. Elfenstof wolkte op. Zo brak ze: als een fee. Zelfs in haar ondergang zat iets van een sprookje. Toch brak ze. Zij, die stoffer en blik was voor iedereen die uit elkaar viel. Die anderen lijmde met het geduld van een zilversmid. Ik moet mezelf weer bijeenrapen, dacht ze. Ze keek naar haar brokstukken en vroeg zich af waar ze moest beginnen. Ze had geen idee hoe de puzzel in elkaar paste. Was bang om zich te snijden aan de scherpe randen. Red mij, dacht ze. Ont-redder mij.  

Nog geen reacties