Het steekspel met de achterbakse angels had ze uiteindelijk verloren, die zomer. Talloze terrassen had ze hen succesvol ontweken tot er, ergens op een brug tussen augustus en september, één zich succesvol in haar bovenarm boorde. Ondertussen blijven matte muggen haar achtervolgen, het zuiden compleet kwijt. De zomer verdwijnt druppelend in de uitgeputte aarde. In de thermometer zakt het kwik met lood in de schoenen. Een klein klein kevertje landt op een uitgebloeide frambozentak in haar hof. Zevenstippelig spreidt het zijn flinterdunne vleugels. Twee gevoelige antennes priemen dapper boven het dekschild uit. Geen angel. Mogen de lieve beestjes heersen, denkt ze. 

Nog geen reacties