‘Is de inkt bijna droog?’ Primula tikt met de neus van haar muiltje tegen mijn stoel. Ik draai me om, oog in oog met haar vragende kijkers. Plechtig leg ik mijn handen op haar schouders. ‘Primula, de inkt is helemaal droog.’ Haar wangen kleuren rood. ‘Echt waar?’ ‘Echt waar. Alle woorden zitten in hun zinnen, alle zinnen in hun hoofdstukken en alle hoofdstukken tussen twee sterke kleurrijke kaften. En die zijn onderweg naar iedereen die het wil lezen. Nog twee keer slapen.’ Primula knikt. ‘Twee keer.’ Ik sla mijn armen om haar heen en voel haar hart bonzen tegen het mijne. 

1 reactie

  1. Ik voel het het ook... Ze komt, ze komt...

Laat een antwoord achter aan Geertrui