‘Laat het niet aan je hart komen,’ zei de koningin. Mijn hart, dacht het prinsesje. Ik wil niet dat dit aan mijn hart komt. ‘Hoe doe ik dat?’ Hare majesteit keek uit het raam. De edelstenen op haar kroon knipoogden de zon de kamer in. ‘Door je hart te beschermen,’ zei ze. ‘Je hart is jouw kasteel. Jij hebt de sleutel, jij kiest aan wie je die geeft.’ ‘En zal ik dan een dikke muur eromheen bouwen?’ De koningin dacht even na. ‘Nee, muren zijn hard. Graaf een slotgracht. Wie jou wil bereiken, zal niet bang zijn om nat te worden.’

Nog geen reacties