De vermoeide man stapt in zijn auto en laat het zware portier dichtvallen. Een doffe klap sluit de wereld buiten. De binnenkant van de wagen zuigt zich vol met gedempte stilte. Een veilige cocon. Vandaag wil hij een jongen zijn. Wil hij terug naar de tapis-plain in de woonkamer van zijn ouders. Urenlang met zijn autootjes spelen. De geur van verse soep die hem roept vanuit een keuken vol mama. Hij schakelt de auto in achteruit, legt zijn arm om de hoofdsteun van de lege passagierszetel. Achteruit wil hij blijven rijden, steeds verder het verleden in, tot hij haar weer tegenkomt.

2 Reacties

  1. Prachtig geschreven Petra.
  2. Prachtig en zo herkenbaar die sfeer ! Hier word ik even stil van...